Kenmerken
De Smaragdduif is een gedrongen, middelgrote duif, ca. 23 tot 28cm groot. De rug en vleugels zijn helder smaragdgroen. De vleugels en staart zijn zwartachtig van kleur. Er zijn brede zwarte en witte balken te zien op de onderrug tijdens de vlucht. De kop en de onderkant zijn donker wijnroze, vervagend naar grijsachtig op de onderbuik. De ogen zijn donkerbruin, de snavel helderrood en poten roodbruin. Het mannetje heeft een witte vlek op de rand van de schouders en een grijze kroon, welke het vrouwtje mist.
Biotoop
Dit is een veel voorkomende soort in het regenwoud en vergelijkbare dichte natte bossen, nabij boerderijen, tuinen, mangroven en kustheide.
Voorkomen
De Smaragdduif is een duif welke wijdverspreid een broeddvogel is in de tropische en subtropische delen van het Indische subcontinent en het oosten door Myanmar, Vietnam, Thailand, Maleisië, de Filippijnen, Taiwan, de Sakishima-eilanden van Japan en Indonesië.
Voedsel
Ze eten zaden en vruchten van een grote verscheidenheid aan planten en zijn over het algemeen tam en benaderbaar.
Wetenschappelijk
Smaragdduif,Common emerald dove,Chalcophaps indica
Stam: Chordata
Klasse: Aves
Orde: Columbiformes
Familie: Columbidae
Geslacht: Chalcophaps
Soort: Chalcophaps indica
Ondersoorten
C.i. augusta: de Nicobaren.
C.i. chrysochlora
C.i. formosanus Taiwan.
C.i. indica: van India tot zuidelijk China, Maleisië, de Filipijnen, de Indonesische en de westelijke Papoea-Nieuw-Guinese eilanden.
C.i. longirostris
C.i. maxima: de Andamanen.
C.i. melvillensis
C.i. minima: Numfor, Biak en Mios Num (nabij noordelijk Nieuw-Guinea).
C.i. nana
C.i. natalis: Christmaseiland.
C.i. robinsoni: Sri Lanka.
C.i. rogersi
C.i. salimalii
C.i. sandwichensis
C.i. timorensis
C.i. yamashinai