
Kenmerken
De Witbuikreiger wordt ca. 56 tot 76cm groot en heeft een spanwijdte van ca. 96cm. De Witbuikreiger is een middelgrote, langbenige reiger met lange hals en een lange puntige geelachtige of grijsachtige snavel met een zwarte punt. De poten zijn donker. Volwassenen hebben een blauwgrijze kop, nek, rug. De bovenzijde van de vleugels zijn ook blauwgrijs. Ze hebben een opvallende een witte lijn langs de hals en zoals de naam weergeeft is de buik wit. In broedkleed hebben ze lange blauwe filamenteuze pluimen aan de kop, nek en rug.
Biotoop
Het broedbiotoop van de Witbuikreiger bestaat uit tropisch moerasgebied. Ze nestelen in kolonies, vaak met andere reigers, meestal op platforms van takken in bomen of struiken.
Voorkomen
Het is een standvogel in de Golfstaten van de Verenigde Staten en het noorden van Mexico zuid door Midden-Amerika en het Caribisch gebied naar centraal Brazilië en Peru. Na het broedseizoen verspreiden ze zicht tot ver ten noorden van het broedbereik.
Voedsel
De Witbuikreiger besluipt zijn prooi in ondiep water. Tijdens het foerageren kan hij vaak heen en weer rennen achter zijn prooi aan. Ze eten vis, schaaldieren, reptielen en insecten.
Wetenschappelijk
Stam: Chordata
Klasse: Aves
Orde: Pelecaniformes
Familie: Ardeidae
Geslacht: Egretta
Soort: Egretta tricolor
Ondersoorten
E.t. occidentalis: Baja California.
E.t. ruficollis: van de oostelijke en zuidoostelijke Verenigde Staten tot noordwestelijk Zuid-Amerika en West-Indië.
E.t. tricolor: het noordelijke deel van Centraal-en noordoostelijk Zuid-Amerika.