Kenmerken
De Carolinawinterkoning wordt ca. 12,5 tot 14cm groot en heeft een spanwijdte van ca. 29cm. Ze zijn licht van onder en bruin van boven. Ze hebben een redelijk lange bruine staart en vertoond donkere banden richting het einde van de staart. Ze een bruine kop met witte streep boven de ogen welke tot in de nek door loopt. Ze hebben witte wangen en een witte borst. De snavel is redelijk lang, licht en licht gecurved.
Biotoop
Zijn broedbiotoop bevindt zich in dichte dekking van bossen, nabij boerderijen en voorstedelijke gebieden. Dit winterkoninkje is de staatsvogel van Zuid Carolina.
Voorkomen
De Carolinawinterkoning is een bewoner van de oostelijke helft van de Verenigde Staten van Amerika, het uiterste zuiden van Ontario, Canada en het uiterste noordoosten van Mexico. Ze migreren na het broedseizoen zuidwaarts.
Voedsel
Het is een insecteneter maar eet ook zaad en plantaardig materiaal.
Wetenschappelijk
Stam: Chordata
Klasse: Aves
Orde: Passeriformes
Familie: Troglodytidae
Geslacht: Thryothorus
Soort: Thryothorus ludovicianus
Ondersoorten
T.l. ludovicianus: zuidoostelijk Canada en de oostelijke Verenigde Staten.
T.l. miamensis: Florida.
T.l. nesophilus: Dog-eilanden nabij noordwestelijk Florida.
T.l. burleighi: de eilanden nabij de Mississippikust.
T.l. lomitensis: Texas en noordelijk Tamaulipas.
T.l. oberholseri: zuidwestelijk Texas en noordelijk Mexico.
T.l. berlandieri: oostelijk Coahuila de Zaragoza, Nuevo León en zuidwestelijk Tamaulipas.
T.l. tropicalis: oostelijk San Luis Potosí en zuidelijk Tamaulipas.
T.l. albinucha: zuidoostelijk Mexico, noordelijk Belize en noordelijk Guatemala.
T.l. subfulvus: Guatemala en Nicaragua.