Ezelspinguïn - Gentoo Penguin

Kenmerken

De Ezelspinguïn wordt makkelijk herkend door de brede witte streepachter zijn oog en zijn fel oranje-rode snavel. De Ezelspinguïn heeft bleek witachtig roze poten met zwemvliezen en een vrij lange staart - de meest prominente staart van alle pinguïns. Ezelspinguïns bereiken een hoogte van 51 tot 90 cm en zijn daarmee de op twee na grootste pinguïnsoort na de twee gigantische soorten, de Keizerspinguïn en de Koningspinguïn. Zuidelijke Ezelspinguïns bereiken een lengte van 75-80 cm. Het zijn de snelste onderwater zwemmende pinguïns met een snelheid van 36 km/h. Zoals de meeste pinguins is hun onderzijde wit en bovenzijde zwart. Dit heeft alles te maken met predatoren die van onder in het water tegen een witte lucht aankijken waarbij de pinguin minder opvalt en een rover van boven uit de lucht op het donkere water neerkijkt waarbij de donkere rug veel minder opvalt. Ezelspinguïns zijn aangepast aan zeer barre koude klimaten.

Biotoop

Ezelpinguïns zijn zoals alle pinguïns echter zeedieren en komen alleen aan wal om te broedden. Ze broedden op de zanderige kusten van hun gebied.

Voorkomen

Ezelspinguïns broeden op veel sub-Antarctische eilanden. De belangrijkste kolonies zijn op de Falkland-eilanden, Zuid-Georgië en Kerguelen-eilanden; kleinere populaties zijn te vinden op Macquarie Island, Heard Islands, South Shetland Islands en het Antarctic Peninsula. De totale broedpopulatie wordt geschat op meer dan 300.000 paren.Nesten worden meestal gemaakt van een ongeveer cirkelvormige stapel stenen en kunnen vrij groot zijn, 20 cm hoog en 25 cm in diameter. De stenen worden angstvallig bewaakt en hun eigendom kan het onderwerp zijn van luidruchtige geschillen tussen individuele pinguïns. Ze worden ook gewaardeerd door de vrouwtjes, zelfs tot het punt dat een mannelijke pinguïn de gunsten van een vrouw kan verkrijgen door haar een mooie steen aan te bieden. Er wordt dus ook vaak onderling gestolen.