Kenmerken
Het mannetje heeft een grijsblauwe kop en nek, een roodbruine rug en vleugels met donkere vlekken. De staart is blauwachtig grijs en heeft een zwarte eindband. Het vrouwtje heeft een bruine kop en nek, bruine staart en dwarsbandjes op de rug en vleugels. Hoogte 30 tot 35 cm, met een spanwijdte van 65 tot 80cm. Kenmerkend is zeker de bidvlucht zoekend naar een prooi op de grond.
Biotoop
In de koele en gematigde delen van zijn verspreidingsgebied migreert de Torenvalk in de winter naar het zuiden in de winter. In de overige delen is het een standvogel, hoewel jonge vogels kunnen dwalen en op zoek gaan naar een goede plek om zich zelf voort te planten in een nieuw territorium. Het is een alledaagse vogel van de laaglanden en geeft de voorkeur aan open leefgebied zoals velden, heide, open gebieden met struikgewas en moerassen. Bossages zijn niet vereist zolang er alternatieve plaatsen zijn voor nesten zoals bijvoorbeeld rotsen of gebouwen. De torenvalk past zich gemakkelijk aan aan menselijke nederzettingen zolang er voldoende delen van de vegetatie beschikbaar zijn. Hij kan zelfs worden gevonden in natte gebieden, heidevelden en droge savanne.
Voorkomen
De Torenvalk is wijdverspreid te vinden in Europa, Azië en Afrika. Zo nu en dan wordt hij waargenomen aan de oostkust in Amerika. In Nederland is het zowel een zomergast, standvogel en broedvogel.
Voedsel
De Torenvalk leeft voornamelijk van kleine zoogdieren zoals muizen, en in mindere mate kleine zangvogels. Ook jaagt hij op insecten zoals sprinkhanen.
Wetenschappelijk
Stam: Chordata (Chordadieren)
Klasse: Aves (Vogels)
Orde: Falconiformes (Roofvogels)
Familie: Falconidae (Caracara's en valken)
Geslacht: Falco
Soort: Falco tinnunculus
Ondersoorten
F.t. tinnunculus: van Europa en noordwestelijk Afrika tot Siberië:
[singlepic id=6721 w=550 h=350 float=center]
F.t. perpallidus: van noordoostelijk Siberië tot noordoostelijk China en Korea.
F.t. interstinctus: van de Himalaya tot Japan en Indochina.
F.t. objurgatus: zuidelijk India en Sri Lanka.
F.t. canariensis: Madeira en de westelijke Canarische Eilanden.
F.t. dacotiae: de oostelijke Canarische Eilanden:
[singlepic id=6719 w=550 h=350 float=center]
F.t. neglectus: noordelijk Kaapverdië.
F.t. alexandri: zuidelijk Kaapverdië.
F.t. rupicolaeformis: noordoostelijk Afrika en Arabië.
F.t. archeri: Socotra, Somalië en noordoostelijk Kenia.
F.t. rufescens: van West-Afrika tot Ethiopië, zuidelijk naar noordelijk Angola en Tanzania.