
Kenmerken
De Kleine Alk is de kleinste alkensoort met een grote van ca. 20cm. In de zomer is zijn kop, rugzijde, staart en borst zwart. De buikzijde is wit. Zijn poten en snavel zijn ook zwart. Op zijn vleugels zijn kleine witte strepen te zien, en ook boven het oog is een kleine witte vlek te zien. De kleine alk peddelt met zijn poten zich vooruit, waarbij op zijn buik door het water glijdt.
Biotoop
Hij is in de zomer te zien voor de rotskusten van de hoog arctisch gebieden zoals Groenland en Spitsbergen, waar hij broedt op de kliffen en in holen. Na deze periode trekken ze naar open zee.
Voorkomen
Alleen in de hoog arctische gebieden, maar is tijdens de trekperiode ook aan onze kust waar te nemen, als de westenwind ze onder de vleugels slaat. Hij wordt regelmatig waargenomen in Ijmuiden aan de pier, maar ook in het waddengebied.
Voedsel
Hij eet voornamelijk kreeftachtige, maar bij gebrek hieraan ook kleine vis.
Wetenschappelijk
Stam: Chordata (Chordadieren)
Klasse: Aves (Vogels)
Orde: Charadriiformes (Steltloperachtigen)
Familie: Alcidae
Geslacht: Alle
Soort: Alle alle
Ondersoorten
A.a. alle: Baffineiland in Canada via Spitsbergen tot aan Nova Zembla
A.a. polaris: Frans Jozefland tot St. Lawrence (eiland) in Alaska