
Kenmerken
Een volwassen exemplaar is 20 tot 25 centimeter groot, met een vleugelspanwijdte van 59 cm. Hij is ongeveer even lang als de dwergstern, maar oogt groter, omdat de dwergstern veel kortere vleugels heeft (spanwijdte 44 cm). Beide geslachten hebben een gelijk verenkleed. In het voorjaar en de vroege zomer hebben zwarte sterns een roetzwarte kop en een geleidelijk naar grijs aflopend verenkleed op de borst.
Biotoop
Broed in moerassen en rietgebieden waar vegetatie in het water ligt waarop ze kunnen nestelen. De zwarte stern broedt in kolonies, het nestelen wordt in Nederland bevordert door het plaatsen van vlotjes in het water.
Voorkomen
De zwarte stern is een trekvogel die in Noord- en Midden-Amerika, het noorden van Zuid-Amerika, Eurazië en Afrika voorkomt.
Voedsel
Ongewervelde (water) dieren en vis
Wetenschappelijk
Stam: Chordata (Chordadieren)
Klasse: Aves (Vogels)
Orde: Charadriiformes (Steltloperachtigen)
Familie: Sternidae (Sternen)
Geslacht: Chlidonias
soort: Chlidonias niger
Ondersoorten
C.n. niger: van Europa tot centraal Azië.
C.n. surinamensis: Canada en de noordelijke Verenigde Staten.