Kenmerken
De Appelvink is een vinkensoort, met een forse en zeer sterke snavel. Hij wordt ca. 18 cm groot. De kop is gelig bruin, de borst lichtbruin en de vleugels donkerbruin met witte en zwarte band op het einde. De nek is lichtgrijs, de snavelbasis is zwart. Het vrouwtje is lichter van kleur als dan het mannetje.
Biotoop
De Appelvink leeft in lichte loofbossen en gemengde bossen, parken, oude tuinen en fruitboomgaarden. Hij is voornamelijk actief in de hoogste takken. In de winter wordt hij meer waargenomen in open landschappen.
Voorkomen
Hij komt voor in de strook land van het Iberisch Schiereiland tot Japan, en Noord Afrika. De vogels in Noord Europa trekken 's winters naar het zuiden, de vogels uit midden- en zuid Europa zijn standvogels.
Voedsel
De Appelvink leeft van knoppen, zaden en pitten, maar ook van vruchtvlees zoals kersen. Met zijn snavel kraakt hij de pitten.
Wetenschappelijk
Stam: Chordata (Chordadieren)
Klasse: Aves (Vogels)
Orde: Passeriformes (Zangvogels)
Familie: Fringillidae (Vinkachtigen)
Geslacht: Coccothraustes
Soort: Coccothraustes coccothraustes